Tandvullingen
Als een gedeelte van de tand verloren is gegaan of er schade is door tandbederf of cariës kan de tandarts verder verval van de tand voorkomen en deze esthetisch in vorm en functie herstellen met behulp van een vulling. De tandarts gebruikt hierbij doorgaans tandkleurige ‘witte’ composietvullingen. De laatste jaren heeft dit vulmateriaal een grote evolutie doorgemaakt op vlak van esthetiek, sterkte en duurzaamheid zodat veel mogelijk is.
De procedure
Voor behandeling van een vulling zal de tandarts de tand meestal plaatselijk verdoven en met u de verschillende stappen van een tandvulling bespreken. Zo verloopt alles vlot en volledig pijnvrij.
In eerste instantie wordt vervolgens het aangetaste gedeelte van de tand weggeboord. Eens de tand volledig proper en droog is wordt het gaatje voorbehandeld met een soort lijm die uitgehard wordt met een blauw (koud) licht. Nadien herstelt de tandarts de tand met het vulmateriaal in de vorm van een pasta en dit in verscheidene fijne laagjes. Elk laagje van de composietvulling krijgt na modellage opnieuw een afzonderlijke lichtuitharding met behulp van een krachtige LED-lamp (blauw licht).
De behandelde tand kan enige tijd gevoeliger zijn voor op zich ‘normale’ prikkels zoals contact met koude en warme voeding. Dit zal spontaan en snel voorbij gaan.
Napijn?
Gedurende 1 tot 2 weken na het plaatsen van een grote, diepe vulling kunt u pijnklachten hebben. Dit komt omdat een tand uit levend materiaal bestaat en deze tijd nodig heeft om te genezen. De tandarts zal u, na het plaatsen van dergelijke diepe vulling , hiervan steeds van op de hoogte brengen. De klachten zullen met tijd afnemen. Indien de klachten verergeren dient u contact op te nemen met de tandarts. Er kan namelijk sprake zijn van een beginnende ontsteking van de tandzenuw onder de tandvulling. In dit geval moet de tand ontzenuwd worden. (wortelkanaalbehandeling)